(foto: Twan Teunissen)
Ondanks dat de Gelderse Poort vrijwel alleen maar op voedselrijke rivierklei ligt, is het gebied verre van eentonig. Sterker nog, het gebied is zeer afwisselend met een mozaïek van diverse biotopen, zoals bovenstaande foto mooi laat zien. Onderstaande landschapsfoto’s tonen hoe groot de variatie aan biotopen is en geven een inkijkje in de schoonheid van de Gelderse Poort!
(foto: Twan Teunissen) . In de meeste jaren hebben we ’s winters overstromingen, waarbij de rivieruiterwaarden deels onder water komen te staan. Als het daarna gaat vriezen, ontstaan er prachtige winterlandschappen. Op bovenstaande foto zien we het bomenmonument in de Millingenwaard. Deze bomen zijn recent opgegraven en zijn maar liefst 8500 jaar oud. Het zijn de oudste bomen van Nederland en de overblijfselen van een hardhoutooibos dat hier vroeger lag.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we een waterplas in de Millingerwaard omringd door ooibossen. Ooi is een oud woord voor “nat” en dat klopt, de ooibossen bestaan uit bomen die een groot deel van het jaar met hun voeten in het water staan. Dit zijn vooral wilgen, maar op de hogere delen komen diverse andere boomsoorten voor. Hier zien we droogvallende oevers, een bijzonder biotoop met vele soorten watervogels als Grote zilverreiger. Later in het jaar raken de oevers begroeid met zeldzame plantensoorten als Slijkgroen, Moerasandijvie, Bruin cypergras, Riviertandzaad en Rijstgras.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we langs de Oude Waal een hoger gelegen graslandvegetatie die jaarrond begraasd wordt door runderen en paarden. Het gebied wordt, net als alle andere gebieden in de Gelderse Poort, nagenoeg niet beheerd. Hierdoor ontstaat een zeer structuurrijk landschap waarbij het bloemrijke grasland afgewisseld wordt door struiken als Eenstijlige meidoorn, Hondsroos en Sleedoorn.
(foto: Twan Teunissen) De rivierstrandjes zijn voor floristen een van de topattracties van de Gelderse Poort. Hier zien we een rivierstrand in de Bemmelse Waard. Het strand is relatief klein en een echt rivierduin is hier nog niet ontwikkeld. Later in het jaar zijn hier de meest spectaculaire soorten te vinden, zoals Riempjes, Welriekende ganzenvoet, Druifkruid en Glansbesnachtschade. Ook de zeer zeldzame Grindwolfspin is hier te vinden, mits je zeer goede ogen hebt.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we de Oude Waal bij laag water. Dit is een walhalla voor watervogels. De wateren zitten vol met voedsel waardoor hier gedurende het hele jaar tientallen vogelsoorten te bewonderen zijn.
(foto: Twan Teunissen) Er zijn ook veel ondiepe wateren aanwezig in de Gelderse Poort. Hier zien we de rijnstrangen bij Aerdt. Deze worden deels door rietmoerassen gedomineerd. In deze moerassen zijn bijzondere vogels te ontdekken, zoals Blauwborst, Baardmannetje, Woudaapje, Roerdomp, Waterral en Grote karekiet.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we het Millingerduin, een rivierduin van maar liefst 10 meter hoog en daarmee het hoogste rivierduin van Nederland! Er zijn hier bijzondere soorten te vinden, zoals Slanke mantelanjer, Veldhondstong en Cipreswolfsmelk. De laatste soort is de waardplant voor de zeer zeldzame Schijnwolfsmelkwespvlinder die hier voorkomt.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we een luchtfoto van een bevergeul in de Gendtse Waard. De twee instulpingen in de oever zijn plekken waar bevers het water in en uit gaan. Bevers zijn zogeheten “ecosystem engineers”, soorten die het landschap vormgeven. Bevers zorgen ervoor dat de wilgen in toom gehouden worden, door van de takken dammen te bouwen. Deze dammen zorgen er vervolgens voor dat het water minder gemakkelijk weg stroomt, waardoor het waterniveau in de geul langer op peil blijft.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we een dijk bij Tolkamer met enkele stroomdalgraslandsoorten. Op de foto zien we Veldsalie, Gewone margriet en Glad walstro. Andere bijzondere soorten die we op dit soort plekken aantreffen zijn Beemdkroon, Grote centaurie en Groot streepzaad.
(foto: Twan Teunissen) Op de oevers van de geulen ontwikkelt zich hoge moerasvegetatie met Moeraskruiskruid, Zwanenbloem en Smalle aster. Zodra deze planten in vrucht staan, komen Putters. Hier zien we een geul bij Gendt.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we een secundair rivierduin. Primaire rivierduinen zijn lager en liggen dichter bij de rivier. Secundaire rivierduinen hebben vaak geen of weinig open zand meer, deze zijn dichtgegroeid met grassen en thuis voor soorten als Knikkende distel, Brede ereprijs en de zeldzame Rode bremraap.
(foto: Twan Teunissen) Geïsoleerde riviergeulen groeien langzaam dicht door Riet en Grote lisdodde. Na verloop van tijd zijn deze volledig verland en komen dan alleen nog onder water te staan bij overstromingen en lange perioden van regen. Deze verlande riviergeulen vormen een uniek biotoop met soorten als Polei (de paarse plant op de voorgrond), Klein vlooienkruid en Fraai duizendguldenkruid. Staan jullie ook te popelen om hier een nachtvlinderval op te zetten?
(foto: Twan Teunissen) Op de hoger gelegen graslanden, zoals hier in de Erlecomse Waard, kan zeer ruige vegetatie ontstaan met Grote brandnetel, Grote klit en Grote kaardenbol. Dit soort ruigtevegetaties zijn erg belangrijk, er valt hier namelijk genoeg te foerageren voor kleine vogels.
(foto: Twan Teunissen) Hier hebben we uitzicht op het Millingerduin. Door de hoogte van 10 meter, krijgt de vegetatatie alleen water door regen. Typerende planten voor dit biotoop zijn Kruisdistel, Zeepkruid, Geoorde zuring en Handjesgras.