De Gelderse Poort en biodiversiteit: Een nulmeting en perspectief voor het komende jaar

De Gelderse Poort heeft een hoge biodiversiteit. Tot op heden zijn in Waarneming.nl 6.185 soorten ingevoerd. Dit aantal in Waarneming.nl is natuurlijk niet compleet omdat het pas sinds 2005 bestaat. Daarnaast maken niet alle natuurwaarnemers er gebruik van. De werkelijke biodiversiteit zal dus veel hoger liggen. In Waarneming.nl zijn bijvoorbeeld tot op heden slechts ruim 27.000 van de ruim 40.000 Nederlandse soorten ingegeven. Dit zijn natuurlijk wel de meest zichtbare soorten. Bij planten en vogels ontbreekt nagenoeg niets. Bij schimmels zal bijvoorbeeld relatief veel ontbreken. De waargenomen biodiversiteit is dan ook afhankelijk van de mate waarin de verschillende experts het gebied hebben onderzocht, maar wel een afspiegeling van de werkelijke biodiversiteit. In 2022 proberen we zoveel mogelijk soorten te zien en ook experts van allerlei bekende en minder bekende soortgroepen te enthousiasmeren de Gelderse Poort onder de loep te nemen en waarnemingen door te geven via Waarneming.nl.

Veel cultuur en maar één floradistrict

De hoge biodiversiteit in de Gelderse Poort is eigenlijk opmerkelijk omdat sprake is van slechts één floradistrict, het fluviatiele, en dat daarnaast vrijwel het gehele gebied in cultuur gebracht is met polders, akkers, weilanden, kribben, dijken, dorpen en wegen. Bij elk floradistrict horen niet alleen heel veel plantensoorten, maar ook heel veel insecten en paddenstoelen die weer bij die plantensoorten horen. Van een zomereik zijn bijvoorbeeld ruim 130 insecten afhankelijk. Het is overigens niet dat cultuurlandschap geen biodiversiteit heeft. Sommige cultuurelementen zoals kribben verrijken juist de biodiversiteit. In de aan de Gelderse Poort grenzende gemeente Nijmegen is nauwelijks buitengebied en natuur, maar desondanks zijn tot op heden 5.378 soorten waargenomen. Twee floradistricten dat dan weer wel. 

Oorzaken hoge biodiversiteit in de Gelderse Poort

Vijf belangrijke factoren zorgen voor de huidige hoge biodiversiteit in de Gelderse Poort. Ten eerste heeft de Rijn met haar aftakkingen eeuwenlang gezorgd voor een grote diversiteit in typen bodem en reliëf. Ten tweede zorgt de rivier nog steeds voor veel dynamiek, waardoor in delen van het gebied successie van flora keer op keer wordt teruggezet. Ten derde lopen de Rijn en haar zijrivieren door een stroombekken met onder andere de Ardennen, Eiffel, Frankische, Schwäbische en Zwitserse Alpen. Dit zorgt voor een ongekende aanvoer van zaden van de zogenaamde stroomdalplanten. Ten vierde is in 1992 de Rijn met de Donau gekoppeld door de opening van het Main-Donaukanaal. Hierdoor is er een uitwisseling van vissen en aquatische organismen. Tot slot heeft de mens begin jaren 90 besloten om natuurontwikkeling in de uiterwaarden toe te laten in combinatie met grote grazers. Toe te laten, want natuur is niet iets wat je maakt. Natuur is iets dat vanzelf komt. Je kunt hooguit de randvoorwaarden beïnvloeden. Bijvoorbeeld stikstofdepositie of het grondwaterpeil.

Bijzondere biodiversiteit in de Gelderse Poort

Het meest kenmerkend voor de biodiversiteit in de Gelderse Poort is de stroomdalflora in stroomdalgraslanden in combinatie met zacht- en hardhoutooibos. De flora kent soorten als Kruisdistel, Kleine Ruit, Karwijvarkenskervel, Veldsalie, Walstrobremraap, Violette Bremraap, Harige Ratelaar, Beemkroon, Varkenskervel, Spaanse Zuring, Besanjelier, Stijve Steenraket, Brede Ereprijs, Pijpbloem, Riempjes en Ruig Viooltje. 

Verdeling biodiversiteit in de Gelderse Poort

Onderstaande figuur geeft aan hoe de 6.185 tot 2022 in de Gelderse Poort waargenomen soorten per soortgroep zijn opgedeeld. Hierbij is geen onderscheid gemaakt tussen inheemse soorten en incidentele of ontsnapte soorten. De meest soortrijke soortgroep betreft de nachtvlinders met 930 soorten. Planten en kevers zijn met respectievelijk 850 en 833 een goede tweede en derde. De 930 soorten nachtvlinders zijn ruim een derde van alle nachtvlinders die ooit in Nederland gezien zijn. De 641 paddenstoelen betreffen slechts een fractie van de meer dan 11.000 schimmels die in Nederland ooit gezien zijn. De 319 vogelsoorten betreffen iets minder dan de helft van alle in Nederland waargenomen vogelsoorten. De slechts 51 libellen betreffen daarentegen liefst 71% van alle libellen die in Nederland ooit gezien zijn. Ook bij de zoogdieren zijn de roofdieren sterk vertegenwoordigd. Vos, Das, Otter, Steenmarter, Hermelijn, Bunzing, Wezel, Amerikaanse Nerts, Wasbeer, Wasbeerhond en zelfs Wolf, Boommarter en Goudjakhals als zwervers. Eigenlijk ontbreken alleen de Lynx en de Wilde Kat.

Nog meer getallen in de Gelderse poort

De top 3 van meest gemelde soorten bestaat uit 1. Buizerd 23.366, 2. Grote Zilverreiger 21.927 en 3. Blauwe Reiger 21.927. De eerste niet-vogel is de Europese Bever en die staat op plek 104 met 3.080 waarnemingen. 

De top 3 van waarnemers bestaat uit 1. Peter Brouwer met 102.995 waarnemingen, Vincent Sanders met 36.876 waarnemingen en 3. Aart Vink met 31.626. Aart Vink is opmerkelijk want hij woont helemaal in Veenendaal, maar Aart heeft zijn opschrijfboekjes met waarnemingen uit de Gelderse Poort ingevoerd met waarnemingen vanaf 1960.

Hoe realistisch is het enorme aantal van 5000 soorten?

Ikzelf kijk al 25 jaar heel breed en actief naar vrijwel alle soortgroepen en heb in die tijd ruim 5100 soorten bij elkaar gesprokkeld in heel Nederland. Dan lijkt 5000 soorten in een beperkt gebied in slechts één jaar een enorme uitdaging. Maar we zijn nu natuurlijk met tientallen zo niet honderden waarnemers met allerlei expertises. Zonder biodiversiteitsjaren van één waarnemer of een groep waarnemers zijn in de Gelderse Poort toch na augustus 2017 5.000 soorten gezien. Ruim vier jaar waarbij waarnemers vooral de bekende natuurgebieden bezochten en veel minder de dorpskernen of polderbosjes. Dit maakt het doel van 5.000 soorten in een jaar een stuk tastbaarder, ook als in dat jaar extra inzet gepleegd wordt. Kortom op 1 januari gaan we los.

Soortenjaar op de radio

Koninginnenpage – Papilio machaon (foto: Vincent Sanders)

Vorige week is Vincent Sanders van de organisatie geïnterviewd in het programma ‘Kiek Dor’ van de Omroep Berg en Dal. In het interview is de achterliggende gedachte van het soortenjaar toegelicht en hoe we dit willen bereiken.

Het interview is terug te luisteren op onderstaande website en is uitgezonden op 27 november 2021 en start vanaf minuut 16.

https://www.omroepbergendal.nl/gemist/aflevering/98799-kiek-dor

Weidesprinkhaan

Weidesprinkhaan – Chorthippus dorsatus (foto: Peter Hoppenbrouwers)

In 2018 is een populatie Weidesprinkhaan – Chorthippus dorsatus aangetroffen in de Gelderse Poort en wel in de Klompenwaard, een landtong ingeklemd tussen de Waal en het Pannerdens Kanaal. De zeer zeldzame sprinkhaan had zich sinds 1947 niet meer voortgeplant in Nederland, in de tijd ertussen zijn maar een paar waarnemingen van de soort gemeld uit Overijssel. De soort doet het drie jaar later, in 2021, heel goed en heeft zich verder via de uiterwaarden naar het westen verspreid. De Weidesprinkhaan heeft een heel zacht en kort geluid dat eindigt met een versnelling. Relevante kenmerken om op te letten zijn een vrij recht halsschild en de kleur van de achterknie die ongeveer gelijk is aan de rest van de achterpoot. De sprinkhaan is van eind juli tot en met half oktober te vinden in de uiterwaarden van de Gelderse Poort. Hopelijk duikt de Weidesprinkhaan in het Soortenjaar van de Gelderse Poort in 2022 ook op nieuwe plekken op!

Mannetje Weidesprinkhaan. De foto bovenaan dit bericht laat een vrouwtje zien.

Variatie aan biotopen

(foto: Twan Teunissen)

Ondanks dat de Gelderse Poort vrijwel alleen maar op voedselrijke rivierklei ligt, is het gebied verre van eentonig. Sterker nog, het gebied is zeer afwisselend met een mozaïek van diverse biotopen, zoals bovenstaande foto mooi laat zien. Onderstaande landschapsfoto’s tonen hoe groot de variatie aan biotopen is en geven een inkijkje in de schoonheid van de Gelderse Poort!

(foto: Twan Teunissen). In de meeste jaren hebben we ’s winters overstromingen, waarbij de rivieruiterwaarden deels onder water komen te staan. Als het daarna gaat vriezen, ontstaan er prachtige winterlandschappen. Op bovenstaande foto zien we het bomenmonument in de Millingenwaard. Deze bomen zijn recent opgegraven en zijn maar liefst 8500 jaar oud. Het zijn de oudste bomen van Nederland en de overblijfselen van een hardhoutooibos dat hier vroeger lag.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we een waterplas in de Millingerwaard omringd door ooibossen. Ooi is een oud woord voor “nat” en dat klopt, de ooibossen bestaan uit bomen die een groot deel van het jaar met hun voeten in het water staan. Dit zijn vooral wilgen, maar op de hogere delen komen diverse andere boomsoorten voor. Hier zien we droogvallende oevers, een bijzonder biotoop met vele soorten watervogels als Grote zilverreiger. Later in het jaar raken de oevers begroeid met zeldzame plantensoorten als Slijkgroen, Moerasandijvie, Bruin cypergras, Riviertandzaad en Rijstgras.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we langs de Oude Waal een hoger gelegen graslandvegetatie die jaarrond begraasd wordt door runderen en paarden. Het gebied wordt, net als alle andere gebieden in de Gelderse Poort, nagenoeg niet beheerd. Hierdoor ontstaat een zeer structuurrijk landschap waarbij het bloemrijke grasland afgewisseld wordt door struiken als Eenstijlige meidoorn, Hondsroos en Sleedoorn.
(foto: Twan Teunissen) De rivierstrandjes zijn voor floristen een van de topattracties van de Gelderse Poort. Hier zien we een rivierstrand in de Bemmelse Waard. Het strand is relatief klein en een echt rivierduin is hier nog niet ontwikkeld. Later in het jaar zijn hier de meest spectaculaire soorten te vinden, zoals Riempjes, Welriekende ganzenvoet, Druifkruid en Glansbesnachtschade. Ook de zeer zeldzame Grindwolfspin is hier te vinden, mits je zeer goede ogen hebt.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we de Oude Waal bij laag water. Dit is een walhalla voor watervogels. De wateren zitten vol met voedsel waardoor hier gedurende het hele jaar tientallen vogelsoorten te bewonderen zijn.
(foto: Twan Teunissen) Er zijn ook veel ondiepe wateren aanwezig in de Gelderse Poort. Hier zien we de rijnstrangen bij Aerdt. Deze worden deels door rietmoerassen gedomineerd. In deze moerassen zijn bijzondere vogels te ontdekken, zoals Blauwborst, Baardmannetje, Woudaapje, Roerdomp, Waterral en Grote karekiet.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we het Millingerduin, een rivierduin van maar liefst 10 meter hoog en daarmee het hoogste rivierduin van Nederland! Er zijn hier bijzondere soorten te vinden, zoals Slanke mantelanjer, Veldhondstong en Cipreswolfsmelk. De laatste soort is de waardplant voor de zeer zeldzame Schijnwolfsmelkwespvlinder die hier voorkomt.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we een luchtfoto van een bevergeul in de Gendtse Waard. De twee instulpingen in de oever zijn plekken waar bevers het water in en uit gaan. Bevers zijn zogeheten “ecosystem engineers”, soorten die het landschap vormgeven. Bevers zorgen ervoor dat de wilgen in toom gehouden worden, door van de takken dammen te bouwen. Deze dammen zorgen er vervolgens voor dat het water minder gemakkelijk weg stroomt, waardoor het waterniveau in de geul langer op peil blijft.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we een dijk bij Tolkamer met enkele stroomdalgraslandsoorten. Op de foto zien we Veldsalie, Gewone margriet en Glad walstro. Andere bijzondere soorten die we op dit soort plekken aantreffen zijn Beemdkroon, Grote centaurie en Groot streepzaad.
(foto: Twan Teunissen) Op de oevers van de geulen ontwikkelt zich hoge moerasvegetatie met Moeraskruiskruid, Zwanenbloem en Smalle aster. Zodra deze planten in vrucht staan, komen Putters. Hier zien we een geul bij Gendt.
(foto: Twan Teunissen) Hier zien we een secundair rivierduin. Primaire rivierduinen zijn lager en liggen dichter bij de rivier. Secundaire rivierduinen hebben vaak geen of weinig open zand meer, deze zijn dichtgegroeid met grassen en thuis voor soorten als Knikkende distel, Brede ereprijs en de zeldzame Rode bremraap.
(foto: Twan Teunissen) Geïsoleerde riviergeulen groeien langzaam dicht door Riet en Grote lisdodde. Na verloop van tijd zijn deze volledig verland en komen dan alleen nog onder water te staan bij overstromingen en lange perioden van regen. Deze verlande riviergeulen vormen een uniek biotoop met soorten als Polei (de paarse plant op de voorgrond), Klein vlooienkruid en Fraai duizendguldenkruid. Staan jullie ook te popelen om hier een nachtvlinderval op te zetten?
(foto: Twan Teunissen) Op de hoger gelegen graslanden, zoals hier in de Erlecomse Waard, kan zeer ruige vegetatie ontstaan met Grote brandnetel, Grote klit en Grote kaardenbol. Dit soort ruigtevegetaties zijn erg belangrijk, er valt hier namelijk genoeg te foerageren voor kleine vogels.
(foto: Twan Teunissen) Hier hebben we uitzicht op het Millingerduin. Door de hoogte van 10 meter, krijgt de vegetatatie alleen water door regen. Typerende planten voor dit biotoop zijn Kruisdistel, Zeepkruid, Geoorde zuring en Handjesgras.

Kruisdistelgalmug

Kruisdistelgalmug – Lasioptera eryngii (foto: Niels Eimers)

In 2021 is door een knappe waarnemer de Kruisdistelgalmug – Lasioptera eryngii ontdekt in de Gelderse Poort. Het was de eerste vondst van deze soort voor Nederland. De vondst werd eind juni gedaan in de Bemmelse Polder. Kruisdistelgalmug gebruikt Kruisdistel als waardplant en vormt gallen in de stengel waar tot 30 larven in zitten. De soort heeft twee levenscycli per jaar en de volwassen muggen sluipen uit in mei en in juni/augustus. Nu is het natuurlijk de vraag of deze soort zich gaat vestigen in Nederland. Hopelijk kunnen we de soort in 2022 terugvinden en misschien zelfs wel op meerdere plekken in de Gelderse Poort ontdekken!

Voor meer informatie over deze bijzondere ontdekking, zie het nieuwsbericht op Nature Today.

Nieuwe soorten

Oeveramarant – Amaranthus tuberculatus (foto: Niels Eimers)

Er worden vanuit Duitsland via de Rijn veel soorten aangevoerd. Of deze soorten vervolgens ook daadwerkelijk weten te vestigen, is nog maar de vraag. We hebben de afgelopen jaren gemerkt dat wanneer we een winteroverstroming hebben, het waterniveau vroeg in het jaar weer zakt en een lange en warme zomer hebben, dat er dan diverse, zeer zeldzame plantensoorten op de rivierstrandjes ontkiemen. Dat soort jaren loont het om wat extra kilometers te maken over de rivierstrandjes, want dergelijke soorten kunnen daarna weer jaren afwezig zijn. Oeveramarant is hier een mooi voorbeeld van, die staat al decennia in Heukels’ Flora beschreven, maar vondsten van deze soort waren op één hand te tellen. In 2018 hadden we een extreem warme en langdurende zomer. Toen zijn er op maar liefst 5 verschillende plekken Oeveramarant – Amaranthus tuberculatus ontdekt. De daaropvolgende jaren is geen enkele vondst meer gedaan. Zouden de omstandigheden in 2022 weer geschikt zijn voor vondsten van deze soort?

Deelgebieden

Millingerwaard (foto: Google Maps)

De Gelderse Poort bestaat uit meer dan 100 deelgebieden, waarvan het overgrote deel rivieruiterwaarden betreft. Enkele gebieden die bij menig waarnemer bekend zullen voorkomen zijn bijvoorbeeld Meinerswijk, Bemmelse Polder, Oude Rijn, Kekerdomse Waard, Kolenbrandsbos, de Bijland, Millingerwaard, Ooijpolder, Fort Pannerden en de Rijnstrangen.

Ook liggen er een vrij groot aantal dorpen in de Gelderse Poort. Het stedelijk gebied levert vanzelfsprekend een hoop extra soorten op dit in de rivieruiterwaarden weinig tot niet voorkomen. Dorpen die binnen de Gelderse Poort liggen zijn Persingen, Ooij, Erlecom, Leuth, Kekerdom, Millingen aan de Rijn, Pannerden, Tuindorp, Tolkamer, Lobith, Spijk, Herwen, Aerdt en Pannerden.

In de uitgelichte afbeelding zien we de Millingerwaard, een zéér soortenrijk gebied met de bekende Millinger Theetuin. Het zuidelijke deel van het gebied wordt ook ook wel de Kekerdomse Waard genoemd. Het geel omlijnde stuk op de kaart, betreft het 10 meter hoge Millingerduin, het hoogste rivierduin van Nederland! Ook op dit duin komen spectaculaire soorten voor.

De missie!

Goudbes – Physalis peruviana (foto: Niels Eimers)

Al in 2019 kwam het idee om een soortenjaar te organiseren in de Gelderse Poort. Door de komst van Corona is dit nog even uitgesteld, maar twee weken geleden zijn Flora- en Faunawerkgroep Gelderse Poort en Staatsbosbeheer samen met enkele vrijwilligers samengekomen en hebben we besloten dat we in 2022 een poging gaan wagen om zo veel mogelijk soorten te ontdekken!

Vanaf 1900 zijn er in totaal zijn er iets meer dan 6000 soorten in het gebied gemeld, maar hoe veel soorten we in één jaar kunnen vinden is lastig te voorspellen. We hebben als doel om 5000 soorten te vinden! Of dat te hoog gegrepen is, weten we niet, maar samen met jouw hulp hopen we een heel eind te komen! Vanaf 1900 zijn er tot nog toe gemeld: 315 vogelsoorten, 41 zoogdieren, 11 reptielen en amfibieën, 39 dagvlinders, 51 libellen en juffers, 88 weekdieren, 934 nachtvlinders, 35 vissen, 887 planten, 519 paddenstoelen, 349 mossen en korstmossen, 26 sprinkhanen en krekels, 397 wantsen, cicaden en plantenluizen, 846 kevers, 550 bijen, wespen en mieren, 632 vliegen en muggen, 28 algen en wieren, 25 overige ongewervelden en 77 overige insecten.