Foto van de week 32

Gasteruption jaculator (foto: Rick Geling)

Moeder natuur heeft vreemde kostgangers, om maar eens een oud gezegde te verhaspelen, en dit beestje op de foto van de week is daar een goed voorbeeld van. Rick Geling vond en fotografeerde deze vrouw Gasteruption jaculator in de Millingerwaard (7 augustus). Dit vreemde insect behoort tot de familie van de hongerwespen (Gasteruptionidae). Het staartstuk zit bij deze soorten niet onderaan, maar bovenaan het borststuk. Het is een klein wespje (circa 15mm), maar de vrouwtjes lijken veel groter door hun extreem lange legboor, zoals zichtbaar op de foto. Met die legboor legt ze een eitje in een nest van andere solitaire wespen of bijen. Op de foto is ze daar mee bezig. De larve zal het eitje en het voedsel van de geparasiteerde ‘gastheer’ opeten, in het nestje overwinteren en in de lente verpoppen, om in de zomer uit te vliegen en de cyclus overnieuw te starten.
De soort is zeker niet zeldzaam en kan aangetroffen worden bij bijenhotels in tuinen en op schermbloemen. Toch is het deze week pas de eerste waarneming van de soort voor de Gelderse Poort. Daarmee draagt het een mooi steentje bij aan het op donderdag 11 augustus (datumgrens van week 32) bijna, maar nog net niet behaalde doel van 5000 soorten!

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

Foto van de week 31

Metaalkokermot – Coleophora alcyonipennella (foto: André Geelhoed)

De foto van de week is deze prachtige Metaalkokermot met op de achtergrond de waardplant van deze nachtvlinder. De larven eten van de rijpende zaden van Witte klaver. De larven maken een koker die geconstrueerd is uit een verdroogd klaverbloemetje. Ze zijn in dit stadium uitzonderlijk lastig te vinden. De imago’s van deze nachtvlindersoort zijn daarentegen een stuk opvallender en bijzonder fraai!

Er zijn deze week weer zo’n 80 nieuwe soorten toegevoegd aan de lijst van dit jaar. We zitten daarmee op 99% van het beoogde doel van 5000 soorten, maar we zoeken uiteraard door tot het jaar eindigt. Naast een hoop prachtige nachtvlinders, is ook onderstaande foto van maar liefst zeven Zwarte ooievaars binnengekomen! Wat een uitzonderlijke situatie (foto: Luc Oteman).

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

Foto van de week 30

Schoraas – Ephoron virgo (foto: Wanda Floor-Zwart)

Foto van de week is niet een nieuwe waarneming, want de soort is dit jaar al vanaf 19 juli gezien in de Gelderse Poort, maar het is een mooie gelegenheid om een opmerkelijk zomerfenomeen in de spotlight te zetten. Schoraas (Ephoron virgo) is een haft, een eendagsvlieg, die de grote rivieren in Nederland als biotoop heeft. De soort was vanaf de jaren 30 in de vorige eeuw tot 1991 uitgestorven in Nederland, maar komt nu weer voor, vooral in de Rijn, Nederrijn, Waal en IJssel, al is hij nog steeds zeldzaam. De haft leeft als larve diep in het zand van de rivierbodem om na een jaar massaal uit te vliegen ergens vanaf van juli tot september, met een piek in augustus. Na zonsondergang voeren de imago’s boven het water hun paringsdans uit. Met hun melkwitte uiterlijk lijken ze op sneeuwvlokken, vandaar dat dit fenomeen ook wel zomersneeuw wordt genoemd. De imago’s leven maar heel kort – het zijn niet voor niks eendagsvliegen – het mannetje sterft direct na de paring en het vrouwtje vliegt weg om haar eitjes af te zetten, waarna ook zij het leven laat. Vrouwtjes komen vaak op licht af, maar dat was bij Wanda Floor-Zwart, de fotografe van de foto van de week, niet het geval (Meinerswijk, Steenfabriek). Wanda vond dit vrouwtje ’s ochtends vroeg. Wellicht was het beestje nog druk doende met eitjes afzetten, gezien de gele slierten aan haar achterlijf, of er is iets misgegaan, ik weet het niet, het levert in ieder geval een bijzonder beeld op.

Wat een week weer, trouwens! André Geelhoed en Niels Eimers ontdekten vorige week al een nieuwe soort voor de Gelderse Poort (Zwavelgele peulkokermot, Coleophora coronillae). Die ontdekking ontketende een zoektocht van andere waarnemers, waaruit bleek dat de soort minder zeldzaam was dan gedacht (zie foto van de week 29). Deze week ontdekten André en Niels een geheel nieuwe soort voor Nederland op Hokjespeul (Astragalus glycyphyllos): Hokjespeulzaadwesp (Bruchophagus astragali). De soort moest zelfs nog als invoermogelijkheid worden aangemaakt in Waarneming.nl. En André heeft op 28 juli waarschijnlijk nóg een geheel nieuwe soort voor Nederland gevonden, ook op Hokjespeul, namelijk Hokjespeulbandpalpmot (Syncopacma ochrofasciella). Maar dat is nog niet helemaal zeker, vandaar dat deze voorlopig als Bandpalpmot onb. (Syncopacma spec.) staat genoteerd.

Deze week is 96% van het doel van 5000 soorten bereikt. Een geweldige prestatie. Laten we de lijst in de gaten houden, of beter nog: op pad gaan om nieuwe soorten te vinden. Het doel is niet meer ver weg.

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

Foto van de week 29

Gele stamjager – Choerades fulva (foto: Peter Hoppenbrouwers)

Gele stamjager (Choerades fulva) is vorig jaar voor het eerst in de Millingerwaard waargenomen, en dit jaar dus weer. Deze roofvliegensoort is superzeldzaam in Nederland. Eerder is deze pas een keer gevangen op de Sint Pietersberg. Vorig jaar werd er ook een vrouwtje aangetroffen in de bebouwde kom van Zoetermeer. Dat was opmerkelijk, want ver weg van de normale biotoop van vochtige loofbossen, waar ze bovendien als zeer honkvast gelden (misschien meegelift in de auto?). In de Millingerwaard klopt de habitat wel. De soort heeft het er blijkbaar prima naar de zin, er zijn dit jaar al meerdere mannetjes en vrouwtjes aangetroffen. Gele stamjagers jagen op insecten vanaf bladeren of stammen van bomen. De foto van de week van Peter Hoppenbrouwers toont een vrouwtje op een boomstam met prooi.
Waarneming.nl vermeldt in de informatie over deze roofvlieg dat er taxonomisch verwarring is over de wetenschappelijke benaming: is het C. fulva of C. fimbriata? Volgens admin Elias de Bree heeft onderzoek uitgewezen dat de correcte naam Choerades fulva (Meigen, 1804) moet zijn en dat wordt nu op Waarneming.nl gevolgd.
Een andere leuke vondst deze week is die van Rivierdonderpad (Cottus perifretum) in de Lobberdense Waard bij Pannerden. Het is net als andere grondelsoorten een vis met een monsterlijk uiterlijk, mooi van lelijkheid. Deze nachtactieve vis wordt gezien als kwetsbaar, omdat ze gevoelig is voor lage zuurstofgehalten en watervervuiling, en doordat uitheemse grondelsoorten vanuit de Donau oprukken en de inheemse Rivierdonderpad dreigen te verdrijven. De Rivierdonderpad is de 31e vissoort die in dit 5000-soortenjaar in de Gelderse Poort is gevonden.

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

Foto van de week 28

Zwavelgele peulkokermot – Coleophora coronillae (foto’s: Niels Eimers)

Een van de leuke effecten van het 5000-soortenjaar is dat de deelnemers niet alleen soorten waarnemen waarin ze al gespecialiseerd waren, maar daarnaast allerlei nieuwe beestjes en planten ontdekken. Nieuw voor de GP en voor zichzelf. Soorten ook die voorheen door vrijwel iedereen over het hoofd werden gezien. Zo vond plantendeskundige Niels Eimers alleen al deze week diverse galmuggen en -wespen op planten: Schermbloemblad-, Gewone boerenwormkruid- en Rozenbladgalmug en Gladde rozenerwtengalwesp.
Klap op de vuurpijl echter is zijn ontdekking van de als zeer zeldzame soort teboekstaande Zwavelgele peulkokermot (Coleophora coronillae). Deze nachtvlinder leeft op Bont kroonkruid (Securigera varia); een in Nederland eveneens zeldzame plant van droge gronden, die afkomstig is uit Midden- en Zuid-Europa. In Nederland treft men de wilde plant aan op rivierklei en op daaraan grenzende zandgronden, maar de plant wordt tegenwoordig op veel terreinen buiten het reguliere verspreidingsgebied ingezaaid. Zou de Zwavelgele peulkokermot daarom niet vaker voor kunnen komen dan tot nog toe werd verondersteld? Geïnspireerd door de vondst van Niels zijn meerdere mensen direct op zoek gegaan (buiten de GP weliswaar) en zij troffen op vindplaatsen van Bont kroonkruid inderdaad ook de peulkokermot aan. Ik ga zelf eens zoeken in het voedselbos in onze woonwijk waar een plek met Bont kroonkruid staat. Zoeken jullie mee in jullie eigen omgeving? Wie weet blijkt dan dat deze mot veel minder zeldzaam is dan gedacht.

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

Foto van de week 27

Braam spec – Rubus spec (foto: Kasia)

Als ode aan de grandioze hoeveelheid ingevoerde waarnemingen en foto’s in deze en de afgelopen weken van bloemen en planten, kies ik deze poëtische foto van een braambloem als foto van de week. Bramen zijn er in zoveel verschillende, sterk op elkaar gelijkende soorten (bijna 200 in Nederland), dat veel delen van de plant nodig zijn voor een juiste determinatie. De kleur van de bloemdelen en de verhouding meeldraden en stampers zijn daar volgens de informatie op waarneming.nl enkele van. Kasia heeft nog meer foto’s van delen van de plant bij de waarneming geplaatst, toch blijft het blijkbaar lastig de exacte soort te bepalen. Maar met zo’n pracht van een plaatje: who cares?

Verder deze week een geweldige oogst aan mooie foto’s van bijen, boorvliegen, wapenvliegen en andere kleine insecten, nog afgezien van de constante stroom aan nachtvlinders waarmee de teller van het 5000-soortenjaar gestaag oploopt. Ook zien we de zomerlibellen loskomen, waarvoor ik speciale aandacht vraag voor de Zuidelijke glazenmaker (Aeshna affinis). Deze uit zuidelijker streken afkomstige soort is nog maar relatief kort in de GP aanwezig. In augustus 2003 ontdekte Gijs Kurstjens er een in de Groenlanden. In de jaren daarna werd duidelijk dat hier een populatie aanwezig is. In juli 2009 trof Peter Hoppenbrouwers een net uitgeslopen man aan in de Millingerwaard, en in het afgelopen decennium is de soort verder verspreid over verschillende gebieden in de Gelderse Poort, zoals de Gendtse polder, de Rijnstrangen (Kandia) en bij Lobith.
Het is een bijzonder fotogenieke libel, omdat de mannetjes patrouilleren op een à anderhalve meter hoogte en dan langere tijd stil blijven hangen, ook vlak voor geïnteresseerde waarnemers. Daarom een tweede foto deze week. Zo’n patrouillerend mannetje vastgelegd door Peter Hoppenbrouwers op 2 juli in de Groenlanden.

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

Foto van de week 26

Grote snuittordoder – Cerceris arenaria (foto: Jeroen Helmer)

We zijn nu precies op de helft van het kalenderjaar, maar al veel verder in het bereiken van ons doel van 5000 soorten. Dat is mooi, heel mooi. Erik van Dijk zal ons daar in zijn maandelijkse verslag zeker meer over vertellen, dus zie daar voor de precieze stand en voortgang.

De foto van de week is er een van de Grote snuittordoder (Cerceris arenaria) gemaakt door Jeroen Helmer. Deze graafwesp wordt ook wel Gewone knoopwesp genoemd, maar de naam snuittordoder is toepasselijker omdat ze vooral snuitkevers als prooi gebruikt. De foto toont een vrouwtje dat haar prooi naar haar nest in de wand van een stierenkuil sleept.

Degenen die de voortgang van het 5000-soortenjaar hebben gevolgd, weten wel dat Jeroen Helmer een bijzondere interesse heeft voor het leven dat gedijt in de kuilen die stieren graven. We zagen al veel leuke waarnemingen (met foto’s) van hem uit die stierenkuilen voorbijkomen. In de bronstijd in het voorjaar als de hormonen door hun lijf gieren, dagen stieren concurrerende mannen uit en etaleren hun kracht door met hun voorpoten tekeer te gaan in het zand en er fikse kuilen te maken. Die kracht is belangrijk want de sterkste stier mag paren met de koeien. Diverse soorten zandbijen, grasbijen, graafwespen en zo al meer graven gangen en holletjes in de wanden van het losgewoelde zand. Ze leggen er hun eieren in en slepen prooidieren er naartoe. Andere insecten, zoals goudwespen, parasiteren weer op die nestbewoners voor hun eigen nageslacht. Ook zoogdieren als vossen en muizen gebruiken de losgewoelde grond om hun eigen holen te maken. Zo’n stierenkuil is een prachtig voorbeeld van onderlinge afhankelijkheid en biodiversiteit. Bij ARK Natuurontwikkeling is een mooie tekening van Jeroen verkrijgbaar die de sleutelrol van de stierenkuilen voor insecten in beeld brengt. Op 21 augustus geeft Jeroen een excursie over insecten in stierenkuilen bij de Bisonbaai. (Zie onder het tabblad excursies op de site.)

Ten slotte nog dit. Ook deze week weer zijn er heel veel nachtvlinders en micro’s gezien, de ene met een nog mooiere naam dan de andere. Wat te denken bijvoorbeeld van Kanariepietje (Agapeta zoegana) als naam voor een zeldzame gele bladroller? En de ene soort nog zeldzamer dan de andere, zoals de zeer zeldzame Schimmelbladroller (Phtheochroa rugosana), die in Nederland voornamelijk voorkomt aan de kust en in de rivierengebieden van Limburg en Gelderland.

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

Foto van de week 25

larve Viltsnuitkever – Gymentron villosulum (foto: Cor de Vaan)

Weer fantastisch veel mooie foto’s van nachtvlinders en planten deze week. Plus allerlei bijzondere macrofoto’s van imago’s van insecten en diverse ontwikkelstadia van o.a. galmuggen en -wespen. In die geweldige oogst zitten 64 nieuwe soorten nachtvlinders en micro’s (met enkele nog onbevestigde zeldzaamheden) en 26 nieuwe soorten planten, waaronder de zeer zeldzame Polei (Chris Klaassen, 23 juni) en Veldwarkruid (Erik en Arie van Dijk, 22 juni). Bij de 22 nieuwe soorten bijen, wespen en mieren, vinden we Pseudospinolia neglecta, een zeer zeldzame goudwesp die is verzameld door Kees Goudsmids op 20 juni in Meinerswijk, maar helaas zonder foto. Helaas, want het is een fotogeniek beestje. Wanda Floor-Zwart vond het zeer zeldzame Gevlekt kalkkrieltje (22 juni ook in Meinerswijk). Dat is een van de 18 nieuwe soorten vliegen en muggen deze week. Verder zijn er 12 nieuwe kevers gevonden, waaronder de zeer zeldzame Grote blauwe halmklimmer (Vincent Sanders, 18 juni in de Millingerwaard.

De keuze voor de foto van de week is gevallen op een sterk beeld van een larve van de Viltsnuitkever (Gymentron villosulum) gemaakt door Cor de Vaan in de Millingerwaard (20 juni). Het is niet de eerste of enige waarneming van de larve van deze snuitkeversoort in de GP, maar wel de waarneming met de mooiste foto. Niet alle waarnemingen zijn al bevestigd, ook deze niet, maar dat doet niet af aan de informatie over het prille levensstadium van dit insect dat dit beeld in een blik laat zien. Geniet ervan.

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

Foto van de week 24

Vlasbekuiltje – Calophasia lunula (foto: Remco Wester)

Ook deze week weer heel veel planten en insecten. Logisch gezien de tijd van het jaar. Van de insecten ontwikkelen sommige soorten zich van larve tot een imago (volwassen individu), anderen van rups naar pop en imago. In deze tijd van het jaar kunnen alle levensfases worden aangetroffen.
Remco Wester vond deze rups van het Vlasbekuiltje in de buurt van Arnhem op Vlasbekje (Linaria vulgaris). Vanzelfsprekend – gezien de naam – is het Vlasbekje een belangrijke waardplant van deze nachtvlinder. De rups is veel opvallender gekleurd dan het imago, die is voornamelijk grijs met helderwitte vlekken. De nachtvlinder is zowel overdag als ’s nachts actief. Vlasbekuiltje staat op de Rode lijst van bedreigde soorten. De soort is zeldzaam in Nederland, ook in de Gelderse Poort, waar hij op 3 juni voor het eerst dit jaar werd gezien in de Millingerwaard (Erik van Dijk). Daar is de soort in vorige jaren wel vaker aangetroffen, maar de plek waar Remco Wester hem vond is nieuw. Ook dat is winst van het 5000-soortenjaar.

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

Foto van de week 23

o.a. Groene eikenbladroller – Tortrix viridana (foto: Vincent Sanders)

Een ongelooflijke oogst deze week aan insecten voor de 5000-soortenlijst. De inspanningen van verschillende groepen waarnemers leverden onder meer 131 nieuwe soorten nachtvlinders en micro’s op en 58 nieuwe soorten wantsen, cicaden en bladluizen.

Op een en dezelfde avond/nacht (4-5 juni) werden in totaal 125 soorten nachtvlinders gevonden bij het Wylerbergmeer en 114 soorten op de Paardenweide in de Ooijpolder. Wat opvalt is dat slechts een klein deel daarvan (37 soorten) op beide locaties aangetroffen werd, terwijl die locaties niet eens zo ver uit elkaar liggen. Het gaat dan ook om verschillende biotopen. Bij de dubbele soorten vinden we de Groene eikenbladroller (Tortix viridana). Deze microvlinder is eerder al gezien in de Gelderse Poort, maar zijn vliegtijd piekt in juni en dat is zichtbaar op het laken van de lichtval die Vincent Sanders had opgesteld bij het Wylerbergmeer (zie foto’s van de week). Honderden, zo niet meer, Groene eikenbladrollers landden daar op het laken. Op de Paardenweide met zijn wilgen en struwelen van meidoorn werden ze ook gespot op de lichtval die Erik van Dijk voor 24-uur natuur had opgezet, maar veel minder dan bij het eikenrijkere Wylerbergmeer.

Er zijn prachtige foto’s gemaakt van veelvoorkomende en van bijzondere soorten nachtvlinders, daar valt lastig uit te kiezen, vandaar de keuze voor een foto die een goed beeld geeft van de diversiteit aan soorten en de grote aantallen individuen die op de lichtvallen afkwamen.
Deze week zijn ook waarnemers op pad gegaan om met sleepnetten en klopnetten in de Millingerwaard insecten te zoeken. Zij vonden met die methoden onder meer veel nieuwe wantsen voor de lijst. Ik noem daarvan (vanwege de prachtige naam) Boerenwormkruidkromneus (Oncotylus punctipes, 4 juni) en de zeer zeldzame Geelkopvlowants (Halticus luteicollis, nimf 7 juni).
In de eerste 9 dagen van de maand juni zijn hierdoor al ruim 400 soorten aan de lijst toegevoegd. Een fantastisch resultaat. Wat zal de rest van de maand (en het jaar) ons nog brengen?

Klik op deze link om te zien hoeveel en welke waarnemingen er al zijn gedaan in het 5000-soortenjaar.
Klik op deze link voor een overzicht van alle foto’s van de week.

foto: Vincent Sanders